Het college van de gemeente Duiven heeft besloten in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak van de Rechtbank Gelderland inzake Huishoudelijke Hulp (HH). Die uitspraak bepaalt dat de gemeente niet mag vragen naar financiële gegevens van inwoners bij het aanvragen van huishoudelijke hulp. De reden hiervoor is dat Huishoudelijke Hulp (HH) onder de Wmo valt en daarom niet algemeen gebruikelijk is.
Hoewel het college de uitspraak van de rechtbank respecteert, kan de gemeente niet anders dan in hoger beroep gaan, zo wordt in een persbericht aangegeven. De gemeente staat namelijk nog steeds achter het gemeentelijke beleid* op het gebied van huishoudelijke hulp. De gemeente vindt het belangrijk dat huishoudelijke hulp nu en in de toekomst beschikbaar is voor diegenen die het echt nodig hebben, ook als er sprake is van een verlaging van het budget door het Rijk. De gemeente staat dan ook achter het standpunt dat degenen die, rekening houdend met alle omstandigheden, de huishoudelijke hulp zelf kunnen betalen dat dan ook moeten doen (degenen voor wie huishoudelijke hulp algemeen gebruikelijk is). Dit is niet alleen in het belang van de gemeente, maar ook in het belang van haar inwoners.
Maatwerkvoorziening
De gemeente ziet huishoudelijke hulp, net als de rechtbank en de Centrale Raad van Beroep, als een voorziening die onder de Wmo valt. Een groot deel van de hulpvragers van huishoudelijke hulp ontvangt in Duiven nog altijd een Wmo-maatwerkvoorziening voor huishoudelijke hulp. Het strijdpunt zit in het feit dat wij de huishoudelijke hulp in eerste instantie als algemeen gebruikelijk zien. De Centrale Raad van Beroep heeft nog geen duidelijke uitspraak gedaan of gemeenten mogen vragen naar de financiële situatie om te beoordelen of sprake is van een algemeen gebruikelijke voorziening in het individuele geval. De gemeente vindt het van belang dit te toetsen bij de hoogste rechter. Pas dan is het voor iedereen helder wat geoorloofd is volgens de Wmo 2015.
Toetsing HH tot uitspraak hoger beroep
Zolang er geen uitspraak is van het CRvB, conformeert de gemeente zich aan de uitspraak van de Rechtbank Gelderland. De gemeente vraagt hulpvragende inwoners wel naar hun financiële situatie, maar laat het aan de hulpvrager over of hij hier inzage in wil geven. Wij doen dit omdat we de hulpvrager zo goed mogelijk willen informeren over bijvoorbeeld de hoogte van de eigen bijdrage en eventuele toepasselijke minimaregelingen. Wij gebruiken deze informatie dus niet om te toetsen of de HH in het individuele geval algemeen gebruikelijk is tot duidelijk is dat dit geoorloofd is. Inwoners die menen dat hun situatie is gewijzigd door de uitspraak van de rechtbank kunnen zich melden bij de gemeente.
