Eddy Berentsen haalt Homan terug naar Doesburg
Doesburg krijgt er opnieuw een museum bij. Het Meulenhuus, jarenlang de basis van de folkloristische dansgroep De Meulenvelders, is aangekocht door stichting De Ezelstal in Vorden. De stichting beheert de kunstcollecties van het echtpaar Jan en Jetty Homan, dat jarenlang in Doesburg woonde en werkte. De locatie in Vorden wordt opgeheven en de collecties komen naar Doesburg. Kunstliefhebber en ontwerper Eddy Berentsen, die het echtpaar Homan goed heeft gekend, is de drijvende kracht achter het initiatief. Het nieuwe museum heeft als werktitel Bs48: Bergstraat 48.
Homan is Cobra
Jan Homan was graficus, schilder, keramist, beeldhouwer en tekenaar. Als hij midden veertig is woont hij met zijn vrouw, de kunstenares Jetty Homan – van Beek en hun twee kinderen in Doesburg. Hij is dan al een gearriveerd kunstenaar. In 1954 krijgt hij de Culturele Prijs van de stad Arnhem, waarna tentoonstellingen volgen in onder andere het Gemeentelijk Museum Arnhem en het Stedelijk Museum Schiedam. In het buitenland is zijn werk te zien in exposities met Appel, Corneille, Jorn en andere Cobra-kunstenaars. Eind jaren tachtig verhuist Homan naar Arnhem, waar hij op 23 september 1991 overlijdt.
Gedeelde passie
Eddy Berentsen is in de jaren zeventig en tachtig in Doesburg verantwoordelijk voor de BKR, de Beeldend Kunstenaars Regeling. Via zijn werk komt hij in contact met veel kunstenaars, onder wie het echtpaar Homan, dat in de Nieuwstraat woont. Na het overlijden van een van de partners van het echtpaar dat De Ezelstal beheert neemt Berentsen contact op. De gedeelde passie voor het werk van het echtpaar Homan en het onderlinge vertrouwen maken het gemakkelijk om tot overeenstemming te komen. Ook de Meulenvelders, de eigenaren van de oude stadsboerderij, doen een duit in het zakje. De volksdansers zijn blij met het feit dat hun pand ook in de toekomst een culturele bestemming krijgt en vragen niet het onderste uit de kan.
Museumwaardig
Berentsen en De Ezelstal realiseren zich maar al te goed dat alleen een pand en een collectie nog geen museum vormen. Er wordt daarom hard gewerk aan alle benodigde vergunningen en aan plannen om het pand museumwaardig te maken. Er moet worden verbouwd en de oude stadsboerderij wordt uitgerust met een klimaatinstallatie en een beveiligingssysteem. Om de kunstwerken voor de toekomst te behouden mag er alleen noorderlicht binnenkomen, en zo zijn er nog wel meer problemen die moeten worden opgelost. Om dat allemaal te kunnen realiseren is veel geld nodig, waarvoor Berentsen op zoek gaat naar subsidies en sponsoren.
Reliëf technische school
Het is niet de eerste keer dat er plannen zijn om werk van Homan naar Doesburg te halen. De werkgroep Retourtje Doesburg slaagde er al in om het monumentale reliëf dat Homan maakte voor de voormalige Doesburgse technische school aan te kopen. Dat kunstwerk lag jaren in opslag, maar is op initiatief van Berentsen schoongemaakt en gerestaureerd. Er zijn vergevorderde plannen om het reliëf aan te brengen op de gevel van Loc17, de voormalige Doesburgse GTW – loods.
Grote Beer
In het nieuwe museum is straks behalve het werk van het echtpaar Homan ook dat van Gradus Verhaaf te zien. Verhaaf werkte en woonde onder andere in Dieren en Rheden, en ook zijn collectie wordt beheerd door De Ezelstal. In de wat verdere toekomst zijn er plannen voor wisselende exposities en mogelijk een Homan-wandeling door de Doesburgse binnenstad. Om zijn handen vrij te hebben voor de realisatie van alle plannen stopt Berentsen met het ontwerpen en maken van exclusieve lampen in zijn eigen werkplaats Grote Beer. Daar zat hij op mooie dagen soms in de deuropening te zingen en gitaar te spelen. Dat beeld gaat Doesburg missen, maar er komt iets heel moois voor in de plaats.